Oosterbeek
Oosterbeek is tegenwoordig, met bijna 11.000 inwoners, het grootste dorp van de gemeente Renkum. Oosterbeek wordt door de Utrechtseweg gesplitst in een noordelijk en zuidelijk gedeelte, het boven- en benedendorp.
Gaan we ver terug in de geschiedenis dan zien we dat de naam afgeleid is van de Ostbac, die door het Zweiersdal stroomde. Oosterbeek wordt al vroeg in de geschiedenis, in diverse spellingen, vermeld: Haisterbach, Hosterbach, Ostbac, Hostbac, Osterbac, Oosterbeeck, Oisterbeeck, …. In de 10e eeuw werd aan de huidige Benedendorpsweg een stenen kerkje gebouwd dat nu nog de kern is van het huidige gebouw. Het kerkje was 7 bij 17 meter groot en had muren van 60 cm dik! In de 14e eeuw werd de toren gebouwd. In 1944 werd het gebouw verwoest.
Utrechtseweg
De Utrechtseweg was in 1570 een naamloze landweg naar Arnhem. Vanaf eind 1600 werd de weg steeds meer gebruikt en werd de weg vanaf Mariëndaal tot ongeveer de huidige Veritasweg met eiken beplant. Later werd deze beplanting uitgebreid met eiken en beuken. In 1820 werd de Utrechtseweg bestraat met klinkers en nog eens 25 jaar later moesten veel bomen het veld ruimen voor de aanleg van een trambaan, die na de tweede wereldoorlog niet meer teruggekomen is. In die tijd verrezen aan de Utrechtseweg veel herenhuizen, landhuizen en villa’s. Begin 1900 veranderde de weg van een villalaan in een winkelstraat. Hiermee begon de Utrechtseweg de Benedendorpsweg te overvleugelen, om zo uit te groeien tot het centrum van Oosterbeek.
Airborne
Tijdens de oorlogsjaren bezetten de Duisters vele grote huizen in Oosterbeek. Er werd in die tijd veel hout gekapt voor allerlei doeleinden. In de oorlog werd het benedendorp geheel verwoest en geplunderd en het bovendorp zwaar beschadigd. Op de Airborne begraafplaats zijn 1700 geallieerde militairen begraven. Elk jaar komen in september nog vele veteranen naar Arnhem en Oosterbeek om de Slag om Arnhem te herdenken. Een van de vele activiteiten die dan plaats vinden, is de Airborne Wandeltocht, die inmiddels is uitgegroeid tot de grootste eendaagse wandeltocht ter wereld. De tocht voert langs mooie plekken in de gemeente en langs de verscheidene herdenkingspunten: de landingsterreinen, de Airborne monumenten en de Airborne begraafplaats.
Gemeentehuis
Het gemeentebestuur vergaderde van 1823 tot 1851 in herbergen in Oosterbeek en Renkum. In 1866 kreeg Oosterbeek een gemeentehuis. In dit gebouw is nu de muziekschool gevestigd. Wegens ruimtegebrek verhuisde het gemeentebestuur in 1927 naar Bato’s wijk. In de oorlog is dat gemeentehuis geheel verwoest. Na de evacuatie vond het bestuur onderdak in Hotel De Bilderberg. Vervolgens werd het huis op landgoed ‘De Dennenkamp’ in gebruik genomen, totdat het gemeentehuis op de ‘De Dennenkamp’ in 1966 gereed was.
Kunstenaarsdorp
Oosterbeek mag zich verheugen in een rijke kunstenaarsgeschiedenis. Belangrijke kunstenaars, waaronder veel schilders en beeldhouwers, trokken naar dit dorp met zijn prachtige bosrijke omgeving, gelegen aan de rand van de Veluwe. Onder hen Jan Toorop, wiens kruisweg in de RK kerk u nog altijd kunt bewonderen.
Klein Hartenstein
In de 18e eeuw lag er aan de - toen al zo genoemde - Utrechtseweg de herberg ‘Het Rode Hert’. In 1779 kocht een advocaat de herberg met bijbehorend grondgebied. Hij liet de herberg afbreken om op deze plek een herenhuis te bouwen. Dit was op de plaats van het latere Airborne Museum. Hij noemde het huis Hartenstein. Vervolgens legde hij er ook een park aan, waarmee hij het landgoed het huidige aanzien gaf. Diverse rijke families woonden hier, totdat het huis in de jaren dertig een rusthuis werd. In 1942 kocht de gemeente Hartenstein en werd het omgebouwd tot een hotel. In september 1944 vestigde generaal Urquhart er zijn hoofdkwartier, waardoor dit hotel veel bekendheid verwierf. Toch bleek het op den duur niet meer mogelijk het hotel rendabel te houden, waarna in 1978 het Airborne Museum verhuisde van een van de bijgebouwen van kasteel Doorwerth naar Hartenstein.
Mariëndaal
Oude namen voor Mariëndaal zijn Mariënborn en het Fonteine Klooster. In 1392 werd op Mariënborn een klooster gebouwd. De stenen tafel (de oorspronkelijke hardstenen grafzerken) is de enige herinnering hieraan. Het klooster verwierf in de loop der jaren vele bezittingen, waaronder Heijenoord. De beek dreef verschillende molens aan. In 1580 werd het klooster opgeheven en enkele jaren later werden de stenen gebruikt om Arnhem te versterken. In de 18e eeuw werd er een landhuis opgebouwd door de toenmalige eigenaar. In 1857 kwam er een nieuwe eigenaar, Gerard van Eck, die een nieuw huis bouwde en aan wie we de ‘groene bedstede’ en de bruggetjes te danken hebben. Er kwamen paardenstallen, een koetshuis, vijvers, fonteinen, wandelpaden en een Belvedère van 52 treden bij. In 1936 kreeg het Gelders Landschap het landgoed in bezit.
De Westerbouwing
In 1764 kocht de burgemeester van Arnhem de Westerbouwing. Die bestond toen uit “huis, schuur, berg en verder getimmerte, met den boomgaard en annex weylandt ….” In 1802 werd het huis verkocht. De volgende bewoners lieten een salon of theekoepel bouwen op de plek waar nu het restaurant staat. Weer een volgende eigenaar liet in 1876 dicht bij de theekoepel een horecagelegenheid bouwen, waar ‘nat en droog’ verkrijgbaar was. Vanaf die tijd is het terras populair in de wijde omgeving. Na diverse wisselingen van eigenaar, werd in 1915 de uitkijktoren gebouwd en legde tuinarchitect Voorhoeve in 1916 de Valkeniersbossen aan. Vlak daarna nam de gemeente de Westerbouwing en de Valkeniersbossen over. De jaren '30 waren de hoogtijdagen van de Westerbouwing, die in 1944 werd verwoest. Sinds 1950 staat er het huidige gebouw.